Voor Ayn, voor haar 50e verjaardag.
Na de bewogen zestiger jaren, waren we inmiddels onderdoken in de flower-power, een tijd waarin we in extase luisterden naar de Indiase concerten in de Mozes en AĂ€ronkerk, helemaal vooraan, op een tapijtje…
Maar toen, net over de grens van die Sixties, verscheen in deze zelfde sfeer van flower-power, Ayn ten tonele. Godzijdank.
Recente concert-opname van de legendarische tabla speler Zakir Hussain, met op de bansuri (bamboefluit) Rakesh Chaurasia, een neef van die andere legende, Hariprasad Chaurasia, die om de twee jaar in de Mozes en AĂ€ronkerk optrad.
Aan Ayn ontdekte ik voor het eerst dat een kind niet ‘maar’ een kind is – ‘kinderachtig’ dus – maar een soeverein mens… Ze was ‘vroeg wijs’ – wat me fascineerde.
Zoals op de dag van m’n vaders begrafenis…
Die dag begon natuurlijk vanaf het ‘huis op de Mookerheide’ – door hem ‘KoĂŻnoor’ gedoopt, ‘Berg van licht’, zijn kortstondige droom…[1] Terwijl broer Meino als filmer mee was met een expeditie naar de Dogon in Mali, was Ayn – toen zes jaar oud – daar zijn vanzelfsprekende ‘vertegenwoordiger’, ze was een oase van rust temidden van die onwerkelijke scĂšne…
Josje met Ayn aan tafel in het ‘huis op de Mookerheide’ (1970) |
Ayn een paar jaar later, aan diezelfde tafel (de stoelen staan nog steeds in ons huis) |
Dat een kind een ‘oude ziel’ heeft, is natuurlijk een fascinerende ontdekking: waren we er dan al vóór we geboren werden? Of, om die onzinnig lijkende Zen-vraag te citeren: ‘Wat was ons gezicht vóór onze geboorte?’
Met die vraag word je dan zomaar, tijdens een familiebegrafenis, geconfronteerd. Maar zo’n flits van een inzicht, maakt je gelukkig ook enigszins immuun voor de bizarre situaties waar je doorheen gaat…
Als wij inderdaad een eindeloze ‘reis door de tijd’ maken, krijgt je ‘lot’ ook een heel andere plaats. Want kennelijk heeft een kind dat geboren wordt, daarvoor zijn of haar lot verbonden aan die ouders – wat ons natuurlijk allen te denken geeft âș
Ik kan in dit verband niet nalaten een mythisch verhaal aan te halen, over ‘De Heren van de Bestemming en die van het Lot’. Maarten Houtman vernam het, liggend in zijn bedje, een eeuw geleden van Imah, zijn Indische vertelbaboe. Die het ontleende aan de Mahabharata, dat zij van voor naar achter uit het hoofd kende, in de Indische versie van het Grote Verhaal – dat daar in die dagen nog springlevend was…
Want ons ‘lot’ blijkt in deze dagen van de corona verrassend gestalte te krijgen in de vorm van ‘lotsverbondenheid’ met je medebewoners, de mensen met wie je het risico op besmetting deelt, op een veilige anderhalve meter van de buitenwereld…
De vertelling van Imah is voor de gelegenheid voorzien van beelden van dit Amsterdam in quarantaine, en draagt de titel: Je liefde voor het alleen-zijn.
Als afsluiting terug naar ‘moederland’ India, met een jeugdopname van Abida Parveen:
________________
[1] Een paar jaar geleden zijn Ayn en Mike er nog een kijkje wezen nemen, klopten aan bij de huidige bewoners en maakten er een video’tje van, op haar Facebook te bekijken.