‘Ode to Istanbul’ op het Amstelveld

Amstelkerk, maandagavond 25 juni om 20.00u
[klik om te vergroten]

De Amstelkerk – een houten noodkerk, annex ‘preekschuur’, uit de 17e eeuw, waarvan het verhaal gaat dat Napoleon er zijn paard stalde – was tot 1985 het domein van de Studentenekklesia en zijn pastor Huub Oosterhuis. In de glazen panelen op de verdieping staan gedichten gegraveerd, of die van hem zijn weet ik niet.
Ik fietste er afgelopen maandag – daags na de Turkse verkiezingen – heen voor ‘Ode to Istanbul’, een concert in het kader van het ‘Oriental Landscape Festival‘, een van oorsprong Syrisch initiatief dat met organisatoren en al naar Nederland ‘verhuisde’. Het festival geeft ook een duidelijk politieke boodschap af: bij het optreden van het New European Ensemble na de pauze zou een videokunstwerk op wanden en plafond van de kerk geprojecteerd worden, ‘Oriental Time’ geheten, over de door IS verwoeste Syrische stad Palmyra. Maar ik hield het na de pauze voor gezien.

   
Met de klok mee: George, Oene, Sanem, Oguz, Udo en James

Daarvoor was er die ‘Ode to Istanbul’, een compositie van Oene van Geel, rond gedichten over Istanbul.
De uitvoerenden waren:
Oene van Geel – viool
Sanem Kalfa – zang
Oguz Buyukberber – klarinet
George Dumitriu – viool
James Oesi – bas
Udo Demandt – slagwerk

Het waren stuk voor stuk fantastische musici: Oene van Geel zelf, die zigeunerklanken onttrok aan zijn 5-snarige viool. Oguz Buyukberber spuwde vuur uit zijn klarinet (mijn oude liefde, soms mis ik het…).
Contrabas fenomeen James Oesi, Zuid-Afrikaan van oorsprong maar hier geheel ingeburgerd, speelde een prachtige solo. Je vindt veel video’s van hem, o.a. van VPRO’s Vrije Geluiden.
Maar eigenlijk was ik speciaal gekomen voor zangeres Sanem Kalfa, die ik ook op video’s had gezien, samen met haar vaste begeleider George Dumitriu. Beiden zijn afkomstig uit Istanbul en gaven het programma daarmee haar authenticiteit.
Sanem Kalfa begon haar muzikale carriĂšre als celliste. Na twaalf jaar koos ze voor een leven als jazz zangeres en verhuisde in 2007 naar Nederland. In juli 2010 ontving ze op het 44e jaarlijkse Jazz Festival in Montreux de 1e prijs uit handen van juryvoorzitter Quincy Jones.
Ook zij had in de Amstelkerk een solo optreden, begeleidt door George Dumitriu. Hieronder twee bijzondere video’s van het duo:

De kora van Mamadou Diabaté

Afgelopen woensdag, op weg naar onze ‘huiskamerzen’ in de stad – we moesten alleen nog ergens in de buurt iemand ophalen – reed ik ons woonerf af over de verkeersdrempel met kruisend voetpad Ă©n fietspad, om de weg op te rijden. Ik doe dat al twintig jaar, en dan weet je: eerst links en rechts op het voetpad kijken, dan links en rechts op het fietspad, en dan nog links en rechts op de weg. Het houdt je nek soepel…
Maar die zomeravond, rond half zeven – het was nog volop licht – ging er iets mis. In mijn ongeduld, waarvan in mijn hele gedrag een spoortje aanwezig is, een minuscule trekking van het oog of van een spier – al dat opgezouten ongeduld, haast, ondanks mezelf die het zogenaamd beter weet – ontlaadde zich in dat ene moment dat ik het naliet, na een ‘scan’ van de weg, nog één keer een blik op het fietspad te werpen wat daarvóór ligt. In één flits kwam dat hele verleden samen in dat ene moment: ik hoorde een klap, zag een fietser door de lucht tollen en onder z’n fiets op de straat klappen.
EĂ©n ondeelbaar moment was er niets. Toen sprong ik m’n auto uit, ik hoorde hem kermen en gelijk daarop iets tegen me roepen, totaal over z’n toeren. Ik keek in die onontwarbare knoop van lichaamsdelen en fiets, en zag zo op het eerste gezicht geen breuk. Ik dacht: het alarmnummer bellen! Maar wat was het ook weer?

Daarna voltrekt zich alles verder in slow motion: buren die de wielrenner onder z’n fiets vandaan haalden, Klaaske die het alarmnummer van me overnam omdat ik ze niet verstond, terwijl ik me met het slachtoffer bezighield. Hij stond al weer op z’n benen, zij het nog wat wankel. De politie kwam er al aan, even later verscheen de ambulance. Vriendelijk en kundig verleenden ze hun diensten. Ook mij werd gevraagd of ik niet erg geschrokken was… Even later vertrok de ambulance, met de wielrenner op het bankje – hij leek ongedeerd – en de fiets op het brancard, op weg naar zijn huis.

Toen ik vannacht – nu twee dagen later – op mijn balkon te shaken stond, zag ik de wind door de bladeren ruisen en hoorde Mamadou DiabatĂ© op zijn kora als was het de eerste keer: het ruisen van de snaren in een harmonisch geheel – een man, afkomstig van een continent ‘waar ze niet kunnen voetballen’ en waar ze met tienduizenden van wegvluchten, op weg naar ons paradijs… Maar wat een rust gaat er uit van zijn muziek … een rust die zich door mijn lichaam verspreidde. Hij vertelt de verhalen die in zijn wereld nog doorgegeven worden, met warmte en ongelooflijke vitaliteit. Over een leven dat zich al spelend ontvouwt op het ritme van de levensenergie. Waar geen klok is die mechanisch de tijd wegtikt of sirenes die je oproepen tot de strijd.
Dans mee met de muziek, mijn lichaam – en mijn geest, vrij zwevend over de wateren, verenig je met alles wat leeft!
Zal ik dan eindelijk de versnelling vergeten, die drang die je voortdrijft tot steeds groter vaart en je het leven van een ander doet vergeten … tot het met een klap aanklopt bij de poort van je bewustzijn…