Toekomstmuziek, #7 onderduiken

Voor deze laatste ‘Toekomstmuziek’ (tenslotte, de toekomst is al begonnen…) ben ik midden in de nacht van mijn onderduikadres bij Klaaske naar mijn studio vertrokken.
Ik voelde me als die buitenlandcorrespondenten, die on the spot hun verslag doen – zoals dezer dagen Ilja Leonard Pfeijffer uit het rampgebied Genua voor de NRC. Mijn trekpleister was gewoon het vrije uitzicht op de ‘Supermaan’, die volgens de Volkskrant ‘als een kosmische schijnwerper aan de hemel staat’ (daar hoef je dan weer geen buitenlandcorrespondent voor te hebben).


De Tunesische oud speler en zanger Dhafer Youssef, over zijn leven en zijn muziek.

Maar er is meer.
In deze zevende aflevering wil ik ook nederig Gods Schepping herdenken, tenslotte daarvan rustte Hij op de zevende dag, aldus de overlevering. En wij rustten al duizenden jaren, elke week, op de sabbath, op de zondag, met hem mee van Ăłnze gedane arbeid – ‘schepping’ zou ik het nauwelijks durven noemen…
Toch denk ik eerder dat God na zijn Schepping is ondergedoken, dat hij het voor gezien hield, gedacht heeft: ‘Nu zoeken jullie het verder zelf maar uit…’
De Joodse overlevering kent daar het woord ‘Sjechina’ voor, zoals Maarten Houtman vertelt:

In de chassidische overlevering is dat prachtige begrip van de Sjechina, dat zegt dat de mens er is om het goddelijke in alles wat hij ziet, voelt of aanraakt te bevrijden. Dat is precies dit, daarvoor zijn we er eigenlijk. En het allereerste is onszelf te bevrijden van de waan. De waan die algemeen is, dat is het algemene programma – dat zo ongelooflijk armzalig is, dat het voorspelbaar is.
Sjechina, toespraak in Eefde van 13 juli 1990

Ook in de huidige pandemie hoor je weer de klacht dat God nergens te bekennen is. Toch is het nooit helemaal duidelijk of dat aan God ligt, of aan de klager…
Alweer moet ik aan Maarten denken, die het Jappenkamp ‘de beste tijd van mijn leven’ noemde, en zei dat hij van het hongerrantsoen ‘genoot’. Maar dat was wel omdat hij toen leerde leven, omdat hij toen leerde proeven, verteren…
Wij laten ons na elke ‘bevrijding’ weer verlakken door de waan, we laten ons inpakken door het programma. Want elke keer knaagt weer de twijfel: dit was geweldig, maar hoe moet het nu verder…
Hoe moeilijk is het open, flexibel, te blijven, mee te gaan met de stroom, zonder te weten.

_____________________________

‘Als alles voorbij is’, hoop ik op 6 oktober, samen met Ingrid, weer naar een concert van Dhafer Youssef in het Concertgebouw te gaan. Het heet Sounds of Mirrors:

Met Sounds Of Mirrors laat Dhafer Youssef een langgekoesterde wens in vervulling gaan. Al op zijn negentiende raakte Dhafer Youssef in de ban van Indiase muziek. Dertig jaar later vertelt hij: ‘Ik was ervan overtuigd dat ik ooit samen zou kunnen spelen met legendarische Indiase muzikanten’.
Op Sounds Of Mirrors is het zover, een album waarop Dhafer Youssef samenwerkt met tabla-legende Zakir Hussain. En net als op al zijn eerdere albums, brengt Dhafer Youssef ook op Sounds Of Mirrors verschillende muzikale werelden samen. Hij vertelt:
‘De Indiase muziek was het uitgangspunt, maar ik had het gevoel dat we op zoek konden naar iets universelers. Het album is een ode aan vriendschap en broederschap. Tijdens het samenspelen voelde ik duidelijk dat we verwante geesten waren die elkaar weerspiegelden. Vandaar de titel van het album: Sounds Of Mirrors.

Hier een voorproefje, CHAKKARADAR Dhafer Youssef, Zakir Hussain, Husnu Senlendirici: