Kruipen in het hoofd van Willem van Genk

‘Jij zit in je hoofd!’
Dat is zo’n beetje het ergste wat je tegen een ‘mediterende’ kunt zeggen, want we weten: zo iemand ‘hoort’ in zijn hara te zitten, of misschien wel in z’n hart… In elk geval ergens diep in z’n binnenste, en niet in zijn brein.
Als schouwtoneel van onze persoonlijkheid – van ons denken en onze emoties – is ons brein inmiddels steeds verfijnder in kaart gebracht, vanuit de aanname dat wij dat zijn.
Des te opmerkelijker is het dus dat in meditatiekringen een diametraal ander accent wordt gelegd – en een groot vraagteken wordt gezet bij zo’n aanname. De impulsen en de signalen die onze ‘processor’ afgeeft zijn namelijk niet ‘neutraal’, maar blijken – door de ‘ik’-betrokkenheid, zeggen we dan – voedingsbodem voor veel misverstanden en conflicten. Waarmee, zoals Maarten Houtman het uitdrukt, ‘de kink in de kabel gekomen is…’

Zondag toog ik met Emilie naar de Hermitage – het voormalige ‘Diaconie Oude Vrouwen Huys’. Ik las dat daar in 1860 de eerste centrale verwarming ter wereld werd aangelegd (!) – begrijpelijk, trouwens, wat moet dat een vochtige hol geweest zijn…
Dezer dagen biedt de Hermitage onderdak aan de tentoonstelling Woest, gewijd aan het werk van Willem van Genk, van wie gezegd werd ‘dat hij in z’n hoofd zat’ en louter van daaruit werkte – alsof hij al tekenend wiskunde sommen aan het maken was of repeterende breuken – of misschien wel op molentjes liep.

Het werk van Van Genk is ondergebracht in de krochten van het voormalige tehuis voor oude besjes, daar waar vroeger de keukens waren. Een ruimte waar je sowieso al claustrofobisch van wordt… Laat staan met dat overvolle, afgeladen werk van Van Genk – waar geen rustpunt, geen zonnevlek, in te vinden valt, maar dat uitpuilt van een chaos van dingen…
Als Van Genk het nog had mogen meemaken (hij stierf in 2005), had hij beslist ook alle wanden en plafonds van de tentoonstellingsruimte van streepjes voorzien…

Aan de begin van die ruimte stond de blikvanger van de tentoonstelling: de buste van Van Genk, met hersens die wemelen van zijn lievelingsvoorwerpen. Daar middenin de letters W-O-E-S-T.
Het geheel is met een filmprojectie tot leven gebracht:

Vlak om de hoek hangt zijn ‘Panorama van Moskou’, een universum op zich, vol met minuscuul gearceerde bouwsels, krioelende mensen en een lucht die ook niet leeg mocht zijn…
LEEGTE lijkte de grote angst van Van Genk te zijn, elke vierkante millimeter is ondergesneeuwd, in een orgie van dingen, dingen, dingen, dingen…
Willem van Genk, Panorama van Moskou [klik om te vergroten]
De tentoonstelling liet me beslist niet onberoerd: ik voelde me een beetje wegtrekken, mijn knieën begonnen te knikken en ik moest gaan zitten. Gelukkig stonden er hier en daar zitkubussen.
Daarna toch nog maar even verder gekeken, ik belandde bij een nis met een bonte verzameling zelfbouw trolleybussen, volgeplakt met verpakkingswikkels en verbonden met kriskras aan stroomdraden, in een onbeschrijfelijke chaos… Een video liet zien dat in het huis van Van Genk dezelfde chaos heerste.
Toch was er Ă©Ă©n werk wat me ontroerde in z’n simpelheid en waar ik een beetje van tot rust kwam. Enigszins verloren hing daar, temidden van de hectiek, deze prent aan de wand:
De Steeg, Middachter allee
Het zou een David Hockney kunnen zijn, dacht ik… Hier werkt Willem van Genk’s mathematische orde haast bevrijdend – omdat hier ook leven in zit…
Een oordeel over het werk van Van Genk durf ik niet te geven. Zijn toewijding, zijn drang om zich te uiten, lijken onvoorstelbaar… Waarbij je een fascinerend universum voorgeschoteld krijgt – zijn liefde voor het leven.
Helaas lijkt hij niet toegekomen te zijn aan wat voor hem de aanzet tot die uiting was – voor ons allen de grote opgave.
Hink-stap-sprong naar de muziek. Maar wel iets om stil van te worden…
Als  Shake v/d Week  het Syrische Sufi Ensemble Al Kindi, met ‘Meditatie‘: